45-plussers schamen zich om over seksuele gezondheid te praten
Nood aan gespecialiseerde diensten, blijkt uit onderzoek van Odisee en AP
Een groot deel van de bevolking ouder dan 45 jaar schaamt zich om hun seksuele gezondheid te bespreken met een arts of zorgprofessional, zo blijkt uit een studie in België, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Daarbij ervaren ze een gebrek aan gespecialiseerde diensten.
Uit Europees onderzoek aan de Odisee hogeschool en AP Hogeschool Antwerpen - in het kader van het SHIFT-project (Sexual Health in the over Forty-fives) - blijkt dat een groot aandeel van de 45-plussers niet durft praten over zijn of haar seksuele gezondheid. De onderzoekspartners concludeerden uit een internationale enquête en interviews dat het bespreekbaar maken van seksuele gezondheid belangrijk is op alle leeftijden en over meer gaat dan enkel soa’s te voorkomen.
Bang van oordeel
Opvallend: het is voornamelijk omwille van schaamte dat de 45-plusser niet over seksuele gezondheid durft te praten met een gezondheidszorgprofessional. Velen hebben het gevoel dat professionals of anderen meteen een oordeel zouden vellen wanneer zij hun eigen seksueel welbevinden zouden willen bespreken. Deze leeftijdsgroep wordt enerzijds vergeten in het maatschappelijke debat over dat seksueel welbevinden, en anderzijds hebben ze vaak het gevoel dat hun seksualiteit wordt weggelachen.
Geen prioriteit
Vroedvrouw en onderzoeker Luka Van Leugenhaege van AP Hogeschool Antwerpen: “De doelgroep, die bestond uit zowel mannen als vrouwen boven de 45, gaf aan dat zowel hun algemene gezondheid als specifieke lichamelijke veranderingen ten gevolge van het ouder worden een impact hebben op hun seksuele gezondheid. Ze geven aan dat intimiteit - zowel fysiek als emotioneel - voor hen belangrijk is. Het niet bespreken met hun huisarts of zorgverlener wijten ze deels aan het maatschappelijke stigma én het interne stigma dat ze ervaren. Bovendien zetten ze voor zichzelf het bespreken van hun eigen seksuele gezondheid niet bovenaan hun prioriteitenlijstje.”
Sensibilisering
De oplossing ligt voor een groot stuk in sensibilisering, menen de onderzoekers. En die is zowel bij de bevolking als bij de professionals nodig. “We moeten de drempel verlagen om met vragen over seksuele gezondheid, of voor een soa-test, naar een arts of een andere specialist te stappen. En die moeten op hun beurt aangepaste training krijgen”, aldus onderzoeker Kate Meier van hogeschool Odisee, die ook de nood aan gespecialiseerde diensten onderstreept. “In België zijn er weinig centra waar je met dit soort vragen kan aankloppen, nochtans kunnen die het verschil maken. We werken voor dit onderzoek wel samen met Sensoa, met als doel om ook in hun werking specifiek deze doelgroep te bereiken”, besluiten de onderzoekers.